ZAS Labgids - glucose p.p.

Trefwoorden:glucose p.p. postprandiaal

Ga terug

Parameter Waarde
STAALTYPE Fluoride plasma
RECIPIËNT Fluoride GRIJZE DOP
ACTIVITEITENCENTRA JP, MI, CA
IN HIX AANVRAAGBAAR JA, standaard
AFNAME-HOEVEELHEID 2,6 ml
ALGEMENE OPMERKINGEN
TRANSPORTWIJZE PRIMAIR STAAL
TRANSPORTWIJZE VERZENDING EXTRAMUROS
METHODE Colorimetrisch (microslide)
UITVOERFREQUENTIE 24/24
MAXIMALE ANTWOORDTIJD (excl. Pre-analytisch transport) 2 uur
BIJ-AANVRAGEN Maximaal 3 dagen
ONDER ACCREDITATIE (BELAC MED-318) Ja
RIZIV-REGELS
RIZIV-NOMENCLATUUR 125053
NON-RIZIV AANREKENING
BIJKOMENDE OPMERKINGEN AANREKENING
klinische fiche Glucose in bloed

Klinisch toepassingsgebied:
Glucose is een primaire energiebron voor de cellen. Nuchtere plasmaconcentraties en glucosetolerantie testen worden gebruikt in de diagnose van diabetes mellitus en van storingen in het koolhydraat metabolisme. De bepaling van glucose wordt gebruikt in de therapie van diabetici en bij patiënten met dehydratatie, coma, hypoglycemie, insulinoma, acidose en keto-acidose. Het aangewezen staal voor de bepaling van glucose in bloed is fluoride-oxalaat plasma (glycemietube). Het fluoride inhibiteert de enzymes van de glucolyse, maar dat effect start slechts één uur na de afname. Bloed dat snel na het prikken naar het labo wordt gebracht, hoeft daarom niet op fluoride afgenomen te worden: de bepaling kan dan ook op serum gebeuren.

Verhoogde waarden:
- diabetes Mellitus type I, type II
- zwangerschapsdiabetes
- diabetes geassocieerd met aandoeningen van endocriene oorsprong, bijv. Cushing-syndroom, feochromocytoom, of met aantasting pancreas beta-cellen (pancreatitis, cystische fibrose, hemochromatose …)
- ten gevolge van farmaca (thiaziden, corticosteroïden)
- verminderde glucosetolerantie (myocardinfarct, obesitas)
- stress (in sommige gevallen)
- IV infusen met glucose

Verlaagde waarden:
- complicatie bij de instelling bij diabetes bv. extra inspanning zonder vermindering van de insulinedosis.
- nuchtere hypoglycemie bv. alcoholgebruik, zonder voorafgaand voedselgebruik of in combinatie met bepaalde geneesmiddelen (bijv. aspirine, anti-malariamiddelen)
- insulinoom
- psychotische zelftoediening van insuline
- reactieve hypoglycemie bijv. bij fructose-intolerantie

Interpretatietabel standaard glucose:
(Bron: ADA Diagnosis and Classification of Diabetes Mellins)
Glucose nuchter :
* >100 mg/dl : gestoorde nuchtere glucose
* 100-125 mg/dl : gestoorde nuchtere glucose (IFG impaired pasting glucose)
* ≥ 126 mg/dl : mogelijk diabetes mellins (diagnose te bevestigen)

Referentiewaarden vol bloed ahv bloedgasmeter:
90 % van deze van plasma

Opmerkingen:
Raadpleeg ook intranet voor gerelateerde functionele proeven (Glucagon test kinderen; Glucagon test volwassenen; Insuline tolerantietest ; OGTT kinderen ; OGTT volwassenen ; OGTT voor acromegalie; OGTT zwangeren; vastenproef)

Interpretatietabel tolerantietesten:
(bron: Diagnosis and Classification of Diabetes Mellitus - American Diabetes Association, Diabetes Care vol30, 2007)
OGTT na 2u :
< 140mg/dl: normale glucosetolerantie
140-199 mg/dl : gestoorde glucosetolerantie
>=200 mg/dl : mogelijks diabetes mellitus (diagnose te bevestigen)

OGTT bij zwangeren:

Na toediening 75 g glucose:

 
    Nuchter: <92 mg/dl
    Na 1 uur: <180 mg/dl
    Na 2 uur: <153 mg/dl
 
    Bron: ‘Vlaamse consensus 2019 voor opsporen zwangerschapsdiabetes’.



O'Sullivan: 1u na toediening van 50g glucose:
Referentiewaarden < 130 mg/dL

Referentiewaarden: Glucose in bloed
Detail Referentiewaarde Variabelen Geslacht Leeftijden Opm. Volgorde
Glucose (Basaal/niet-nuchter) 40-60 mg/dL Beide 0-1D 1
Glucose (Basaal/niet-nuchter) 40-60 mg/dL Beide 2-3D 2
Glucose (Basaal/niet-nuchter) 50-80 mg/dL Beide 4-30D 3
Glucose (Basaal/niet-nuchter) 60-100 mg/dL Beide 1-11M 4
Glucose (Basaal/niet-nuchter) 60-100 mg/dL Beide 1-17Y 5
Glucose (Basaal/niet-nuchter) 74-106 mg/dL Beide 18-59Y 6
Glucose (Basaal/niet-nuchter) 82-115 mg/dL Beide 60-89Y 7
Glucose (Basaal/niet-nuchter) 75-121 mg/dL Beide 90-999Y 8
Glucose Nuchter 40-60 mg/dL Beide 0-1D 11
Glucose Nuchter 40-60 mg/dL Beide 2-3D 12
Glucose Nuchter 50-80 mg/dL Beide 4-30D 13
Glucose Nuchter 60-100 mg/dL Beide 1-11M 14
Glucose Nuchter 60-100 mg/dL Beide 1-17Y 15
Glucose Nuchter 74-100 mg/dL Beide 18-59Y 16
Glucose Nuchter 82-100 mg/dL Beide 60-89Y 17
Glucose Nuchter 75-100 mg/dL Beide 90-999Y 18
Glucose postprandiaal <140 mg/dL 30

Ga terug